Javed

Afghanistan

Het kostte Javed 23 pogingen om de grens over te steken 

Het vertrek

Vroeger hadden we een stabiel gezinsleven. Ik kom uit een gezin met vier broers en vier zussen. Mijn vader was taxi-chauffer, ik ging naar school. Toen de Taliban Afghanistan overnamen, verkocht mijn vader zijn taxi. Ik stopte met naar school gaan en ging werken in een fietsenwinkel. Ik drong er bij mijn vader op aan dat ik niet meer in Afghanistan kon blijven, ik kon er immers niet meer naar school gaan en er was steeds minder werk. Ik vroeg mijn vader daarom om mij de kans te geven naar Europa te vertrekken. Mijn vader accepteerde dat en zei: “Als jij wil, dan moet je gaan”. Mijn vader sprak met een mensensmokkelaar en ik moest me binnen een paar dagen gereed maken.

Tussen Iran en Turkije: de dood van een vriend

Toen we de grens bereikten, schoten soldaten, Iraniërs of Turken, in de lucht. Wij renden terug naar waar we vandaan kwamen en keerden terug naar Tabriz in Iran. Onze gids was bij ons. Ze zouden ons aan een andere gids overdragen zodra we de grens waren overgestoken.

De volgende nacht probeerden we opnieuw de grens in Maku over te steken, maar het mislukte weer en we gingen terug. Dit keer waren er criminelen op de weg terug. Deze criminelen proberen vluchtelingen te gijzelen om daar vervolgens losgeld voor te vragen aan mensenhandelaren. Dat is hun bron van inkomsten. We zagen de criminelen op tijd en konden terug naar het dorp rennen.

De derde nacht probeerden we de grens over te steken via Khoy. Hier zijn twee hoge bergen, één in Iran en één in Turkije. Toen we in het grensgebied tussen deze twee bergen reden, begonnen mensen ineens te schieten. Eén van mijn vrienden uit Kaboel werd door een kogel geraakt. Na deze schietpartij kwam er niemand naar ons toe. Samen met de andere vluchtelingen en de smokkelaar gingen we mijn vriend ophalen. Hij bleef maar bloeden, uiteindelijk stierf hij. We kwamen Koerden tegen bij wie we het lichaam konden achterlaten. Ik gaf hen de telefoonnummers van de familie, zodat zij mijn vriend’s ouders konden inlichten.

Geweld aan de Bulgaarse grens

In Edirne stapten we uit de auto en liepen op het prikkeldraad af. Politieagenten maanden ons terug te gaan, maar we gehoorzaamden niet. We keerden om, maar toen de politie vertrok, gingen we weer verder. We waren samen met mensen die al zeven of achter keer hadden geprobeerd Bulgarije binnen te komen, terwijl het voor mij de eerste keer was. Vijf minuten lopen na het oversteken van het prikkeldraad, arresteerde de Bulgaarse politie ons. De politie zei dat we onze mobiele telefoons moesten inleveren. Maar niemand had zijn mobiele telefoon bij zich. Zelfs de smokkelaar had de zijne weggegooid voordat hij probeerde over te steken. We vertelden de politie dat we er geen hadden. Toen ging de politie ons slaan en ze lieten een hond op me los. Ik schreeuwde omdat hij twee keer in mijn voet beet. Ik joeg de hond bij me vandaan, maar hij had me al een paar keer gebeten. De politieagenten sloegen me weer en uiteindelijk wezen ze ons af.

Elke keer dat ik opnieuw probeerde de grens over te steken, waren er dezelfde uitdagingen. Ik werkte af en toe om geld te verdienen, of onze families stuurden ons geld uit Afghanistan. Zo konden we het elke keer opnieuw proberen, want elke keer kost geld.  Uiteindelijk slaagde ik er bij de 23e poging in om hier te komen.

Elke keer, in die tweeëntwintig eerdere pogingen, dat we probeerden de grens over te steken, mishandelden ze ons, trokken ze onze schoenen en kleding uit en verbrandden alles. Ze verzamelden zich rond het vuur om wijn te drinken en lieten ons naakt op onze rug liggen. Sommigen droegen nog ondergoed, anderen niet. Ze lieten ons in de kou op de grond liggen en lachten ons uit, totdat andere politieagenten arriveerden. Nadat ze ons hadden geslagen en mishandeld, laadden ze ons in een groot voertuig en brachten ze ons terug naar Turkije over de grens. Elke keer weer gingen we terug naar het dorp. De dorpelingen herkenden ons en gaven ons kleren.

Bij de 23e poging kwamen we aan in Bulgarije. Er zouden twee witte Corollas ons ophalen om ons naar Sofia te brengen. Daar zouden ze ons niet meer kunnen afwijzen. We gaven onszelf aan bij de politie. Ze vroegen om onze gegevens en namen onze vingerafdrukken af. Daarna stuurden ze ons naar een detentiekamp.

Italië: de toekomst

Van Afghanistan tot Triëst heb ik 9.000 euro uitgegeven, waarvan ik al 7.300 heb betaald en de andere 1.700 ben ik nog schuldig. Ik moet elke maand 500 euro betalen. Ik stemde ermee in om 500 euro per maand te betalen nadat ik een baan heb gevonden. Hier moet ik werken, soms bellen mijn vrienden of familieleden. Ze zeggen tegen me: “Je had het geluk om in Europa aan te komen en zin aan je leven te geven“. Ik antwoord dat Allah je deze vreugden niet zal geven. Ik heb tijdens deze reis veel moeilijkheden gezien en ondervonden. Ze vertellen me dat ze hier ook willen komen. Ze zijn jong en staan te popelen om naar Europa te komen. Ze weten niet hoe zwaar de reis is, een reis op leven en dood. Ik verloor een vriend van mij tijdens deze reis, hij stierf en zijn lichaam werd naar huis gebracht. Ik zeg altijd dat ze die fout niet moeten maken, de pesterijen en afranselingen zijn onvergetelijk.
Als ik van deze moeilijkheden had geweten, als iemand me erover had verteld, denk ik niet dat ik deze weg zou hebben bewandeld. In het ongelukkige geval van uitzetting zou ik deze reis geen tweede keer maken. Ik zou mijn broers of vrienden nooit aanraden om naar Europa te gaan.

Mijn droom is om terug te keren naar mijn land, om de opleiding van mijn broers en zussen te ondersteunen. Ik zou ze nooit aanmoedigen om op deze reis te gaan, ik zou ze liever helpen en een goede opleiding geven.

1 op de 6 kinderen wereldwijd groeit op in een conflictgebied

Child Friendly Spaces

Child Friendly Spaces zijn veilige speelplekken. De activiteiten zijn gericht op het beschermen en het versterken van psychosociaal welzijn. 

Hoop voor de toekomst

“Aandacht voor mentale gezondheid is belangrijk. Het zorgt er ook voor dat kinderen zich beter kunnen ontwikkelen en weer in hun kracht komen te staan.” 

Antonina, Oekraïne (2 jaar)

Antonina moest met haar moeder schuilen tegen bombardementen. Toen ze haar moeder vroeg wat het lawaai was, antwoordde ze dat het onweer was.